Gebruiksaanwijzing metselbijenkast

 

Heeft u een stukje tuin of een balkon waar de zon gedurende lange tijd van de dag schijnt? Hang dan een metselbijenkast(hotel) op. Metselbijen en tal van andere soorten insecten komen er in verschillende seizoenen nestelen.

De metselbijen zijn een solitaire bijen die in de periode van maart tot en met augustus zorgen voor de natuurlijke bestuiving van uw tuin/bloemenbakken. In de metselbijenkast leggen ze eieren, waarna ze de buizen dichtmetselen. Na een jaar verbreken de jonge bijen de verzegeling en vliegen de wijde wereld in.

De metselbijenkast leent zich uitstekend om de metsekbijen te observeren. Deze kast is voiorzien van buisje met een inwendige diameter van 8 mm en 6 mm, waarin de bijen zich kunnen nestelen. Je kunt ze observeren van achter een doorzichtig plaatje (acrylaat) door de zijkant van de kast open te maken.

  

Hoe de kast ophangen:

  • Hang de kast voor april op. Later, dan zullen er minder metselbijen inkomen.
  • Zorg dat de zijkant makkelijk te openen is voor observatie.
  • Gewenst is een zonnige en wind luwe plak, zodat de metselbijen zich kunnen opwarmen.
  • Hang de opening(gaatjes) niet op de regenzijde.
  • Ophanghoogte is niet zo belangrijk. Hang de kast bijvoorbeeld op ooghoogte, indien mogelijk.

 

 

Bijen zijn mooie diertjes. Dat ze nuttig zijn als bestuivers van bloemen is ook wel bekend. Minder bekend is de enorme vormen- en kleurenrijkdom van de honderden verschillende soorten die in Nederland voorkomen. Nog minder mensen zijn op de hoogte van wat er zich afspeelt in de nesten van bijen. Wie zich in deze wereld verdiept, staat versteld van de duizelingwekkende diversiteit en het vakmanschap van deze dieren. Zelfs in eigen tuin blijkt al meer te gebeuren dan u ooit had gedacht, zeker als u nesthulp aanbiedt. De  VANL-TCW probeert u hier meer informatie te geven in de bijenwereld, zodat u voortaan zelf in staat bent om plezier aan deze dieren te beleven en ze een handje te helpen in hun voortbestaan.

 

Metselbijen danken hun naam aan de gewoonte van de meeste soorten om hun nestcellen te 'metselen' van klei, lemig zand of steentjes met modder. Verschillende soorten doen dit in holle stengels en gangetjes in dood hout. Ze zijn hierdoor vaak in bijenhotels te vinden. Andere soorten metselen vrijliggende broedcellen, achter boomschors of in lege slakkenhuisjes. Het vrouwtje heeft de bijzondere gewoonte om haar nest te bekleden met bloemblaadjes van klaprozen.

 

 

Metselbijen zijn uitstekende bestuivers:

 

  1. Ze dragen het stuifmeel op hun buik waardoor er gemakkelijk contact wordt gemaakt met de stamper van een bloem.
  2. Het stuifmeel wordt droog vervoerd zodat het de kiemkracht behoudt en makkelijk loskomt van de bij. Honingbijen en hommels mengen het verzamelde stuifmeel met wat nectar. Hierdoor gaat de kiemkracht verloren.
  3. Ze landen bij het aanvliegen van de fruitbloemen van pruim, kers, peer en appels direct op de meeldraden van de bloem. Een bloembezoek is dan ook vrijwel direct een succesvol bestoven bloem.
  4. Ze beginnen vroeger met vliegen en eindigen later op de dag dan honingbijen. (vooral de Gehoornde metselbij)
  5. Ze vliegen bij bewolkte hemel.
  6. Ze bezoeken meer bloemen per minuut dan honingbijen.

 

Bijenhotel:

In dit kastje maken metselbijen hun netje. Deze groep bijtejs leeft niet in een volk maar de vrouwtjes werken helemaal alleen voor de nakomelingen. Metselbijen kunnen wel steken , maar zullen dat lang niet zo snel doen als honingbijen en wespen.

Met een Bijenhotel monitor volg je hoeveel bijen in dit kastje actief zijn. Zo kan de boer nagaan hoe goed zijn of haar landschap/tuin past bij wilde bijen. Je kunt dat ook doen in de tuin bij het huis. Je hoeft hiervoor niet op het platteland te wonen. Ook in de stad zijn metselbijen actief.
Mat landschapselementen als heggen, erfbeplanting en akkerranden, maar ook met duurzame gewasbescherming en samenwerkende imkers, kunnen boeren het landschap nog bij-vriendelijker maken.

 

                                            

 Bijenhotel monitor binnenkant

 

 In bovenstaand bijenhotel zitten transparante slanggetjes. Met een opening aan de voorkant van het kastje kunnen de bijen naar binnen.